Orde van de dienst bij de ingebruikneming van het vernieuwde/oude kerkgebouw
op zondag 25 februari 2024
Protestantse Gemeente te Anna Paulowna
Thema: De toekomst van de kerk
Voorganger: ds. Edward Kooiman
Organist : dhr. Bauke Klootwijk
Pianiste : mevr. Tilly Faas
M.m.v.: Gelegenheidskoor o.l.v. mevr. Coby Moens
Welkom en mededelingen
Intredelied Lied 280: 1, 2, 3 en 4
1)De vreugde voert ons naar dit huis
waar ‘t Woord aan ons geschiedt.
God roept zijn Naam over ons uit
en wekt in ons het lied.
2)Dit huis van hout en steen,
dat lang de stormen heeft doorstaan,
waar nog de wolk gebeden hangt
van wie zijn voorgegaan.
3)Dit huis, dat alle sporen draagt
van wie maar mensen zijn,
de pijler die het alles schraagt,
wilt Gij die voor ons zijn?
4)Zal dit een huis, een plaats zijn waar,
de hemel open gaat,
waar Gij ons met Uw eng’len troost,
waar Gij U vinden laat?
Moment van stilte
Groet, bemoediging en drempelgebed
V: De genade van de Heer is met u
A: OOK MET U IS DE GENADE VAN DE HEER
V: Onze hulp is in de naam van de Eeuwige God
A: DIE HEMEL EN AARDE GEMAAKT HEEFT
V: In Zijn naam zijn we hier bij elkaar
Zijn aanwezigheid zoeken wij
Schepper, Bevrijder, Bron van het leven,
misschien wel te groot voor al onze woorden
Zijn aanwezigheid zoeken wij in muziek,
in stilte, in taal en symbolen.
Gij die gezegd hebt ik zal er zijn
A: WEES HIER AANWEZIG.
V: Doe ons herademen in Uw ontferming,
Roep ons in het licht van uw genade,
opdat wij leven tot Uw eer.
A: AMEN
Gebed bij deze zondag
Glorialied: Lied 655: 1 (allen), 2 (koor), 3 (allen)
1) (allen)
Zingt voor de Heer een nieuw gezang!
Hij laaft u heel uw leven lang
met water uit de harde steen.
Het is vol wondren om u heen.
2) (koor) Hij gaat u voor in wolk en vuur,
gunt aan uw leven rust en duur
en geeft het zin en samenhang.
Zingt dan de Heer een nieuw gezang!
3) (allen) Een lied van uw verwondering
dat nòg uw naam niet onderging,
maar weer opnieuw geboren is
uit water en uit duisternis.
Binnenbrengen van de liturgische elementen
Rondom de Paaskaars…
Paaskaars-lied 601: 1 (koor), 3 (allen)
1) (koor) Licht dat ons aanstoot in de morgen
voortijdig licht waarin wij staan.
Koud, één voor één en ongeborgen
licht overdek mij, vuur mij aan.
Dat ik niet uitval, dat wij allen
zo zwaar en droevig als wij zijn
niet uit elkaars genade vallen
en doelloos en onvindbaar zijn.
2) (allen) Alles zal zwichten en verwaaien
wat op het licht niet is geijkt.
Taal zal alleen verwoesting zaaien
en van ons doen geen daad beklijft.
Veelstemmig licht, om aan te horen
zolang ons hart nog slagen geeft.
Liefste der mensen, eestgeboren,
Licht, laatste woord van Hem die leeft.
Rondom de Bijbel…
Bijbel-Lied 802: 1 (vrouwen) , 4 (mannen), 5(vrouwen) en 6 (mannen) Refrein: Allen
1) (vrouwen) Door de wereld gaat een woord
en het drijft de mensen voort:
’Breek uw tent op, ga op reis
naar het land dat Ik u wijs.’
Refrein: (Allen)
Here God, wij zijn vervreemden
door te luist’ren naar uw stem.
Breng ons saam’ met uw ontheemden
naar het nieuw Jeruzalem.
4) (Mannen) Door de wereld klinkt een lied
tegen angsten en verdriet,
tegen onrecht, tegen dwang
richten pelgrims hun gezang.
Refrein (allen)
5) (vrouwen) Velen, die de moed begaf
blijven staan, of dwalen af.
Hunk’rend naar hun oude land.
Reisgenoten, grijp hun hand.
Refrein (allen)
6) (mannen) Door de wereld gaat een woord
en het drijft de mensen voort:
’Breek uw tent op, ga op reis
naar het land dat Ik u wijs.’
Refrein (allen)
Rondom het doopvont en avondmaalstel
Doop- en avondmaals-lied 653: 1, 3 en 5
1) U kennen, uit en tot U leven,
Verborgene die bij ons zijt,
zolang ons ’t aanzijn is gegeven,
de aarde en de aardse tijd,
o Christus, die voor ons begin
en einde zijt, der wereld zin!
3) Gij zijt het water ons ten leven;
de bronnen van de eeuwigheid
zijn ons ter lafenis gegeven,
zijn doorgebroken in de tijd.
O Gij, die als een bron ontspringt
in elk die tot U komt en drinkt.
5) Gij zijt de wijnstok van het leven,
in duizend ranken uitgebreid,
het leven, ons in U gegeven,
draagt goede vruchten op zijn tijd.
Laat ons uw ranken zijn voorgoed,
doorstroom ons met uw hartebloed.
1e lezing: Ned. Geloofsbelijdenis: Art. 27 (in eigentijdse taal)
Wij geloven en belijden één enige Katholieke of algemene Kerk. Zij is een heilige vergadering van gelovige christenen, die hun heil verwachten van Jezus Christus.
Deze heilige Kerk wordt door God bewaard en in stand gehouden in de storm van de wereld, hoewel de kerk soms een tijdlang zeer klein of zelfs tot niets schijnt te zijn geworden in de ogen van de mensen.
Deze heilige kerk is niet gelegen in – of gebonden aan – of beperkt tot een bepaalde plaats, of gebonden aan bepaalde personen, maar zij is verspreid en verstrooid over de gehele wereld; en toch met hart en ziel samengevoegd, en verenigd in éénzelfde Geest, door de kracht van het geloof.
2e lezing: Matteüs 8: 23 t/m 27
Zingen: Psalm 127: 1 en 2
1) Wanneer de Heer het huis niet bouwt,
is alle metselwerk ten spijt,
de opbouw niets dan ijdelheid.
Wanneer de Heer de wacht niet houdt,
geen wachter, die de vijand keert,
geen stadsmuur die zijn aanval weert.
2) Voor dag en dauw reeds op te staan
en op te zijn tot ’s avonds laat,
hard werken voor slechts weinig baat
en schamel brood, ’t is niets dan waan.
Hij geeft het immers wie Hij mint,
als in de slaap, als aan een kind.
Overweging
Kort muzikaal intermezzo op de piano
Zingen: Trektocht door de tijd (Mel.: Psalm 116)
Wij maken hier een trektocht door de tijd
en onze voeten zoeken zeek’re wegen,
de rechte paden tussen vloek en zegen,
de horizont achter de eindigheid
Wij tellen dagen naar wat komen gaat
en onze harten vullen zich met leven,
met de beloften ooit de mens gegeven,
dat U het bent, die in ons midden staat.
Wij leven tastend op uw toekomst aan
en onze monden spreken van de dromen,
van visioenen, vrede die gaat komen.
Heer, maak ons klaar, om met U mee te gaan.
Dankzegging en voorbeden
Gezongen acclamatie bij de voorbeden : Adem ons open van Oosterhuis/Löwental Koor: Laat onze woorden stijgen…
Dankzegging en voorbeden: telkens afgewisseld met: Kom, adem ons open (allen)
Slotlied: Lied 419: canon
1) Wonen overal nergens thuis,
aarde, mijn aarde, mijn moeders huis.
Vallende sterren, de schim van de maan,
mensen die opstaan en leven gaan,
Mensen, veel geluk!
2) Wonen overal even thuis
Handel en wandel en huis na huis
Loven en bieden op waarheid en waan,
Wagen en winnen en verder gaan
Mensen, veel geluk.
3) Wonen, overal bijna thuis,
aarde, mijn hemel, mijn vaders huis,
stijgende sterren, de lach van de maan,
mensen die dromend een stem verstaan.
Mensen, veel geluk!
Wegzending en zegen